Edit Content

Volg ons

Rotterdamse rijkdom en emancipatie in de 19e eeuw

9de Editie | 10 MEI 2022​

De West-Indische Compagnie (1621-1792)

Een particuliere Nederlandse handelsonderneming met een monopolie op de overzeese handel in het door de Staten-Generaal vastgestelde octrooigebied; met name de trans-Atlantische driehoekshandel op West-Afrika, de Cariben en Noord- en Zuid-Amerika.

Historicus Paul van de Laar over Rotterdamse rijkdom

Hoe moeten we kijken naar Anton Kröller en Lodewijk Pincoffs? Waren dit succesvolle Rotterdamse zakenlui of kunnen we spreken van roofkapitalisme? En hoe komt Rotterdam aan haar positie als tweede stad van Nederland? In een nieuwe aflevering van History Matters gaat presentator Hasna El Maroudi in gesprek met historicus Paul van de Laar. Ook is er spoken-word van Tyler Koudijzer.

Van de Laar kiest in zijn minicollege bewust de woorden ‘roven’ en ‘graaien’. “Ook toen de slavernij was afgeschaft, ontstonden er arbeidsvormen die daarvoor in de plaats kwamen”, legt hij uit. “Formeel kun je zeggen: deze mensen hebben een arbeidscontract. Maar is dat arbeidscontract gelijkwaardig afgesloten en met respect voor de arbeid die iemand levert?”

Dat sommige ondernemers in de beeldvorming gezien worden als succesvolle zakenmannen, is volgens Van de Laar eigenlijk van alle tijden. “Als ondernemers succes hebben, vragen we ons bijna nooit af: hoe kom je aan je geld? Hoe is het verdiend? Dat is op zich het knappe van het kapitalistische systeem. Dat het zo succesvol is en dat het suggereert dat het op basis van gelijkwaardigheid is, maar dat is natuurlijk niet zo.”

History Matters met Nancy Jouwe over ‘de lange 19e eeuw’

“Emancipatiebewegingen zijn geen lineaire bewegingen. Je leert dat de strijd nooit gestreden is en je nooit moet denken dat het klaar is.” In een nieuwe aflevering van History Matters vertelt cultuurhistoricus en schrijfster Nancy Jouwe over ‘de lange 19e eeuw’ waarin emancipatiebewegingen zoals het abolitionisme en het feminisme ontstonden. Ook is er spoken-word van Tyler Koudijzer.

De 19e eeuw was een periode waarin grote veranderingen plaatsvonden. Zo ontstonden er nieuwe technieken zoals bruggen en spoorlijnen, werd Nederland een koninkrijk en werd de basis gelegd voor de Nederlandse parlementaire democratie.

“Terwijl dat gebeurt, vinden er verschuivingen plaats in de koloniale gebieden”, aldus Jouwe. “Juist in de 19e eeuw verovert Nederland grote delen van wat we nu kennen als Indonesië. Dat gaat gepaard met heel veel geweld, heel veel oorlog en heel veel doden.”

In haar college vertelt Jouwe dat er aan de ene kant sprake was van nationalisme en trots op de koloniale veroveringen. Aan de andere kant ontstonden ook emancipatiebewegingen. Ze gaat dieper in op twee voorbeelden: de abolitionisten die zich inzetten voor de afschaffing van de slavernij en de feministen die zich inzetten voor de rechten van vrouwen.

9a. Rotterdamse rijkdom en emancipatie in de 19e eeuw

Hoe moeten we kijken naar historische figuren als Anton Kröller en Lodewijk Pincoffs? Waren dit succesvolle Rotterdamse zakenlui of kunnen we spreken van roofkapitalisten? En hoe komt Rotterdam aan haar positie als tweede stad van Nederland? In het eerste deel van aflevering 9 van History Matters gaat presentator Hasna El Maroudi in gesprek met historicus Paul van de Laar. Ook is er spoken word van Tyler Koudijzer.

Paul van de Laar: ‘Als je de koloniale geschiedenis onderkent, kun je de volgende stap zetten’

Paul van de Laar is bijzonder hoogleraar stadsgeschiedenis aan de Erasmus Universiteit. Samen met Liane van der Linden en Francio Guadeloupe stelde hij het boek ‘Rotterdam, een postkoloniale stad in beweging’ samen. Voor het boek ‘Het koloniale verleden van Rotterdam’ schreef hij het hoofdstuk ‘case studies in postkoloniaal Rotterdam’.

Hij opent zijn college over Rotterdamse rijkdom in het begin van de 19e eeuw toen er in de stad nog helemaal niet werd gedacht aan een wereldhaven. “Sterker nog, als Rotterdammers het verhaal vertellen dat ze altijd zo vooruitstrevend zijn en nieuwe kansen willen pakken, dan is dat niet zo. Juist in het begin van de 19e eeuw had Rotterdam één verlangen. Terug naar die 18e eeuw, die lekker overzichtelijke eeuw, dat kleine stadje, die havenstad, de overzichtelijke handel met Indië”.

Van de Laar laat foto’s zien van een aantal bekende historische figuren, waaronder Anthony van Hoboken. “Die heb ik speciaal geportretteerd omdat hij symbool staat voor de traditie van de VOC. Aan de VOC was eind 18e eeuw een einde gekomen en hij werd de grote man van de nieuwe VOC: de Nederlandsche Handel-Maatschappij.”

Ook namen als Marten Mees, de familie Van Rijckevorsel, Lodewijk Pincoffs en het echtpaar Kröller-Müller komen aan bod. “Alle mensen die je hier ziet hebben direct of indirect een relatie met de overzeese betrekkingen. Na de opkomst van de stoomvaart zie je dat Rotterdam ook een spin wordt in de internationale handel. Er komt een nieuwe Rotterdamse elite en die verplaatst de activiteiten naar Indië.”

Graaien
Dan laat hij een kaart zien van de Amerikaanse scheepvaartlijnen waarop Amerika als centrum van de wereld staat afgebeeld. Van de Laar legt uit dat de hele wereld met elkaar verbonden is dankzij de scheepvaart. “Van overal waar de hoofdkantoren staan, via de scheepvaartlijnen, wordt de rijkdom vergaard. Het is graaien uit de hele wereld. Inkomen afromen en vervolgens spenderen aan je eigen welvaart.”

El Maroudi merkt na afloop van het college op dat hij woorden kiest als ‘roven’ en ‘graaien’, wat toch iets anders is dan ‘handeldrijven’. “Handel is van je ruilt iets met een ander en daar betaal je een goede prijs voor”, aldus Van de Laar. Hij geeft Anton Kröller als voorbeeld die groot is geworden in de ijzererts. “Het kapitalistische systeem is er natuurlijk op gebaseerd dat je produceert tegen de laagste kosten. Waar wordt altijd op bezuinigd? Dat is op de lonen van arbeid. Dus je probeert de arbeidskosten zo laag mogelijk te houden. Dat betekent dat mensen onder de meest afgrijselijke arbeidsomstandigheden moeten werken. Dus je kan zeggen, de exploitatie van het systeem leidt ertoe dat je roofbouw pleegt op de mensen.”

Die roofbouw eindigde niet toen de slavernij werd afgeschaft. Van de Laar: “Toen ontstonden er arbeidsvormen die daarvoor in de plaats kwamen. Formeel kun je zeggen: deze mensen hebben een arbeidscontract. Maar is dat arbeidscontract gelijkwaardig afgesloten en met respect voor de arbeid die iemand levert? Dat is het niet.”

El Maroudi wil weten hoeveel van de huidige Rotterdamse rijkdom terug te voeren is op de 19e eeuw. Van de Laar denkt dat dit niet te berekenen is. “Je kan op een gegeven moment zeggen, de wereldeconomie was toen al zo met elkaar verweven, dat iedereen in de logistieke keten verdient aan een wereldhandel die gebaseerd is op ongelijkheid.”

Kennisoverdracht
History Matters werkt samen met studenten van Albeda, Zadkine en Hogeschool Rotterdam. In aanloop naar deze aflevering zijn de studenten naar het Maritiem Museum geweest. Student Breana Bute heeft speciaal voor deze uitzending opgeschreven wat dit met haar deed, maar ook wat ze heeft geleerd van de afgelopen edities van History Matters. Bute: “We hebben met colleges diverse perspectieven bekeken en een beeld gekregen van de gevolgen van kolonisatie binnen verschillende diaspora’s.” Als voorbeeld noemt ze de aflevering over Molukse perspectieven en werpt een vraag op: “Hoe heeft dit kunnen gebeuren? Waarom zou de regering opzettelijk segregatie creëren door middel van Molukse wijken? Maar bovenal, hoe kunnen ze hen onderdak geven in oude concentratiekampen? Ongelooflijk om daarbij stil te staan.”

Ze stelt dat het eens worden over alle verschillende perspectieven niet kan, maar dat ze wel allemaal aandacht verdienen in musea. “ Alleen zo laten we zien dat Rotterdam niet alleen excuses maakt, maar dat Rotterdamse musea verantwoordelijkheid nemen in hun taak van kennisoverdracht.”

Volgende stap
Bute heeft ook een vraag voor Van de Laar. Ze wil weten of hij in zijn onderzoek nieuwe informatie heeft ontdekt die hij als stadshistoricus niet kende. Hij geeft aan dat hij de grote lijnen wel kende, maar dat het waardevol is dat alle informatie bij elkaar is gezet en beschreven is. “We wilden ook kijken naar wat het betekent voor de stad van nu. Vandaar dat we een derde deel gemaakt hebben met Rotterdammers. Wat je ook zegt in je verhaal, die hebben een ander perspectief op de stad. Dat wilden we aan bod laten komen.”

Een van de grote vragen is volgens Van de Laar ook wat er nu met deze informatie gaat gebeuren. “Rotterdam kon altijd zeggen dat ze de stad zijn van de 19e eeuw. Bij alles wat daarvoor is gebeurd, werd naar Amsterdam gewezen. Maar wij hebben ook die koloniale geschiedenis. Die was misschien minder belangrijk dan in Amsterdam of in Middelburg omdat we later zijn opgekomen, maar het betekent wel dat we dat ook hadden. Als je dat eenmaal onderkent, dan kun je de volgende stap zetten. Wat gaan we met die informatie doen? What’s next?”

9b. Rotterdamse rijkdom en emancipatie in de 19e eeuw

“Emancipatiebewegingen zijn geen lineaire bewegingen. Je leert dat de strijd nooit gestreden is en moet nooit denken dat het klaar is.” In het tweede deel van aflevering 9 van History Matters vertelt cultuurhistoricus Nancy Jouwe over het ontstaan van emancipatiebewegingen in de 19e eeuw. Ook is er spoken-word van Rotterdammer Tyler Koudijzer.

Nancy Jouwe: ‘Vrouwen zorgen dat de trein blijft rijden’

Nancy Jouwe is cultuurhistoricus, onderzoeker en auteur. Ze is mede-samensteller van het boek ‘Slavernij en de stad Utrecht’ en werkt voor het transnationale onderzoeksproject Mapping Slavery waarbij ze de rol van de Nederlandse slavernijgeschiedenis in kaart brengt. De rode draad in haar werk is het koloniale en slavernijverleden en het helen van dit verleden.

Jouwe geeft een kort college over emancipatiebewegingen in wat ze noemt ‘de lange 19e eeuw’. Ze legt uit dat de 19e eeuw een dynamische periode was waarin veel veranderingen plaatsvonden. Tijdens de industriële revolutie ontstonden nieuwe technieken waarin de aard van werk veranderde. Zo ook in Rotterdam. “Er komen bruggen, sporen, kanalen, wegen, moderne machines”, somt Jouwe op. “Rotterdam wordt zelfs een wereldhaven.”

Niet alleen in de techniek, maar ook op het gebied van communicatie, hygiëne en gezondheid verandert er veel in de 19e eeuw. Daarnaast vinden er een aantal constitutionele en politieke veranderingen plaats. Zo wordt Nederland een koninkrijk en claimt een nieuwe politieke gemeenschap de parlementaire verantwoordelijkheid over de koning in 1848. De adel wordt grondwettelijk afgeschaft en in 1878 ontstaat met de ARP de eerste politieke partij. Bijna tien jaar later volgt er een grondwetswijziging waardoor een groter deel van de mannelijke bevolking mag stemmen, maar vrouwen actief worden uitgesloten van kiesrecht.

Ook in de koloniale gebieden vinden er verschuivingen plaats. Jouwe: “Juist in de 19e eeuw verovert Nederland grote delen van wat we nu kennen als Indonesië. Dat gaat gepaard met heel veel geweld, heel veel oorlog en heel veel doden.”

Emancipatie
Jouwe vertelt dat er aan de ene kant sprake was van nationalisme en trots op de koloniale veroveringen. Dit uitte zich onder andere in Wereldtentoonstellingen waar koloniale bezittingen worden tentoongesteld. Tijdens de Wereldtentoonstelling in 1883 in Amsterdam werden letterlijk Javanen en Surinamers ‘tentoongesteld’. Aan de andere kant ontstonden ook emancipatiebewegingen die streefden naar gelijke rechten voor groepen die werden achtergesteld ten opzichte van de dominante groep in de maatschappij. Ze gaat dieper in op twee voorbeelden: de abolitionisten die zich inzetten voor de afschaffing van de slavernij en de feministen die zich inzetten voor gelijke rechten voor vrouwen.

De abolitionisten in Nederland werden geïnspireerd door de abolitionisten in Groot-Brittannië en Frankrijk. Jouwe beschrijft een groep Rotterdamse vrouwen die in de periode 1840-1853 voorop liepen in de Nederlandse anti-slavernij-discussie. Hun inspiratie was de Britse quaker Elizabeth Fry. Jouwe legt uit dat quakers tot een christelijke minderheidsgroep behoren die radicale sociale ideeën hadden. Zij richtten de Rotterdam Ladies Antislavery Committee op die verschillende pamfletten publiceerden. Koning Willem II kreeg van de groep een petitie voorgelegd met het het idee om slavernij af te schaffen. Deze petitie was ondertekend door meer dan 120 vrouwen, waarvan een deel Brits was.

Jouwe legt uit dat dit de eerste politieke petitie in Nederland was. “Koning Willem II was stomverbaasd en beloofde op een voorzichtige manier dat de slavernij in de toekomst zou worden afgeschaft. Ook vroeg hij de dames hun activiteiten te stoppen om rust in de koloniën te bewaren. Vervolgens kwamen er geen harde vervolgacties. De dames gingen gelukkig wel door. Wat dat betreft was de abolitionistische beweging te verdeeld en versplinterd.”

Feminisme
Het tweede voorbeeld dat Jouwe geeft is feminisme. “Burgers krijgen meer informatie, er is bevolkingsgroei, er ontstaan meer rechten voor burgers. Maar voor welke burgers? In 1887 is er een grondwetswijziging waardoor vrouwen actief worden uitgesloten van kiesrecht. Vrouwen over de hele wereld zetten zich in op het gebied van onderwijs, kiesrecht, politieke rechten en arbeidsrechten. Juist in die 19e eeuw.”

Jouwe noemt voorvechters van de vrouwenbeweging zoals burgerrechtenactiviste Sojourner Truth uit New York en Raden Kartini uit Java die beiden boeken publiceerden. “Dat vind ik typisch iets van de 19e eeuw en van emancipatiebewegingen. Schrijvers hebben emancipatiebewegingen geïnspireerd en andersom hebben die bewegingen ook schrijvers voortgebracht die ons hebben geïnspireerd, over continenten en over tijd heen.”

Een voorbeeld is Harriet Beecher Stowe, schrijfster van het boek ‘Uncle Tom’s Cabin’. Haar boek inspireert de Utrechtse abolitionist Julien Wolbers die het boek ‘De Slavernij in Suriname’ schrijft. “Begin 20e eeuw wordt dit boek weer gelezen door Anton de Kom die in 1934 ‘Wij slaven van Suriname’ uitbrengt. En zo komen we uit in dit jaar waarin nu pas Anton de Kom in de Canon (van Nederland, red.) is gekomen. En zo hoort het ook.”

Vrouwen
History Matters wordt gemaakt in samenwerking met studenten van Albeda, Zadkine en Hogeschool Rotterdam. Breana Bute vraagt Jouwe naar andere rollen van vrouwen binnen emancipatiebewegingen. Jouwe noemt de huidige Nederlandse anti-racisme-beweging. “Dan zien we heel vaak dat mannen op de voorgrond zijn, maar zowel de mannen als vrouwen in die beweging zeggen dat het de vrouwen zijn die het echte werk doen”, antwoordt ze. “Vaak achter de schermen. Het is vaak het onzichtbare werk en het vervelende werk, maar ook het denken, strategisch zijn en je niet te min voelen om het vuile werk te doen. Ik denk dat vrouwen wat dat betreft wel als een soort stoommachine werken die zorgt dat de trein blijft rijden. Ik denk dat we daar veel meer respect voor moeten hebben.”

Jouwe noemt ook academici die het het debat verder hebben gebracht. “Dan denk ik aan Philomena Essed, Gloria Wekker en anderen die de moed hebben gehad om datgene wat heel veel ongemak en schuring veroorzaakt toch te benoemen. Dus ik denk dat vrouwen op alle manieren een rol hebben gespeeld en niet alleen als pionier.”

Deel deze aflevering:

Facebook
Twitter
LinkedIn
Email